Opinie: Je kunt niet objectief bepalen wat een ‘uitzonderlijk goed’ proefschrift is (Trouw)

  • 20 Nov
  • Claartje Chajes
  • 27
Claartje Chajes
Nieuwsrubriek

Opinie: Je kunt niet objectief bepalen wat een ???uitzonderlijk goed??? proefschrift is | TrouwU bent niet ingelogd.

https://www.trouw.nl/opinie/opinie-je-kunt-niet...

De ene promovendus kan zich in alle rust aan zijn onderzoek wijden, de andere heeft zware neventa...

bron: Trouw*

De ene promovendus kan zich in alle rust aan zijn onderzoek wijden, de andere heeft zware neventaken. Alleen al daarom hebben ze niet dezelfde kans op het predicaat cum laude. Schaf dat daarom af, schrijft Martijn van der Meer, voorzitter van het Promovendi Netwerk Nederland.

Vanaf volgend jaar kunnen promovendi aan de Universiteit Twente niet meer cum laude promoveren. Vraag is of ze dit überhaupt ambiëren. Want waar zouden ze precies naar moeten streven? Inhoudelijke criteria zijn er niet. Door dan toch onderscheid te maken tussen promovendi, ontstaat het risico dat bestaande ongelijkheid tussen promotietrajecten wordt bevestigd en verstevigd.

Want die ongelijkheid is groot. De ene promovendus ontvangt vier jaar salaris om fulltime onderzoek te doen, de ander moet het in drie jaar afronden. In sommige faculteiten geven promovendi een groot deel van hun tijd onderwijs, of doen ze klinisch werk. Een begeleider met één promovendus heeft meer tijd dan een met dertig. En de draconische bezuinigingen van het kabinet-Schoof slaan op de ene afdeling harder toe dan op de andere.

Promovendi kunnen daarom, anders dan studenten, niet onder gelijke voorwaarden beoordeeld worden. Het zijn werknemers, die onder uiteenlopende omstandigheden proberen een bijdrage te leveren aan de wetenschap. In die context is het toekennen van een predicaat als cum laude niet meer dan een symbolische poging om ongelijkheid te verdoezelen.


Een begeleider met één promovendus heeft meer tijd dan een begeleider met dertig

Omstandigheden zijn niet vergelijkbaar

Daarom besloot de Universiteit Twente het predicaat af te schaffen. Volgens rector Tom Veldkamp valt het niet objectief toe te passen en pakt het systematisch nadelig uit voor vrouwelijke promovendi. Dat is geen detail, maar een symptoom. De mogelijkheid van een cum laude-predicaat veronderstelt niet alleen dat alle promovendi op dezelfde manier beoordeeld kunnen worden, maar ook dat ze onder vergelijkbare omstandigheden werken. En dat is niet waar.

De media-aandacht die volgde op het besluit van de Universiteit Twente, wekte de indruk van een gekwetste academische gemeenschap: toponderzoekers die vrezen dat hun universiteit niet langer naar excellentie streeft, cum laude gepromoveerden die de waarde van hun onderscheiding ter discussie zien gesteld.

Maar niet iedereen maakt gelijke kans op die onderscheiding omdat promotietrajecten zelf niet vergelijkbaar zijn. Dat los je niet op met het soort criteria dat gebruikt wordt bij een masterscriptie. Een proefschrift is geen tentamen. Een promotietraject is geen studie. En promovendi zijn geen studenten.

Lid van de gemeenschap

Promovendi werken als collega-onderzoekers aan een dissertatie waarmee ze verdedigen dat ze volwaardig lid zijn van de wetenschappelijke gemeenschap. Geen proefschrift is hetzelfde. Bij geschiedenis schrijf je een monografie; bij geneeskunde presenteer je een reeks gepubliceerde artikelen. Zelfs binnen één discipline zijn proefschriften appels en peren. Deze inhoudelijke diversiteit is geen probleem dat opgelost moet worden, maar het uitgangspunt van de wetenschap. Het is daarom onmogelijk om objectief vast te stellen wat een ‘uitzonderlijk goed’ proefschrift is.

Daarom beoordelen promotiecommissies ook niet op basis van vergelijking. Ze bestaan uit (internationale) experts met kennis van het onderwerp die de wetenschappelijke gemeenschap vertegenwoordigen. Hun taak is niet om de ‘beste’ te kiezen, maar om namens die gemeenschap te bepalen of de promovendus aan haar normen voldoet en als volwaardig lid kan toetreden.

Het afschaffen van cum laude maakt de wetenschap niet plotseling gelijker, maar vraagt wel aandacht voor waar het probleem werkelijk zit: in de ongelijke arbeidsomstandigheden van promovendi. Gelijke kansen ontstaan niet door een predicaat te behouden of af te schaffen, maar door eerlijke contracten, haalbare werkdruk en goede begeleiding te garanderen.

De Universiteit Twente lijkt dat te begrijpen. In plaats van te blijven sleutelen aan het meten van uitzonderlijkheid richt ze zich op de voorwaarden voor goed onderzoek: duidelijke begeleiding, transparantere commissies en een eerlijker beoordelingskader. Dat is moedig, maar pas overtuigend als het structureel wordt volgehouden. Goede begeleiding en structurele steun vragen blijvende inzet van bestuurders én begeleiders.

Nu in Twente de eerste stap is gezet, moeten ook andere Nederlandse universiteiten het cum laude-predicaat bij promoties afschaffen. Anders blijft de ironie bestaan dat juist de universiteit die ongelijkheid wil bestrijden, haar eigen promovendi benadeelt.

Martijn van der Meer is voorzitter van Promovendi Netwerk Nederland (PNN)

*dit artikel staat niet achter een betaalmuur, vandaar dat we het openbaar delen op RRview